NORTH SEA JAZZ FESTIVAL
Zondag 10 juli 2016
De 41e aflevering van het ‘Port of Rotterdam North Sea Jazz Festival’, zoals de officiële benaming eigenlijk luidt, behoort tot de meest succesvolle edities tot nu toe. De drukte en warmte maakte het niet altijd even gemakkelijk om alles te kunnen meemaken maar overal bleef de sfeer uitermate aangenaam. Bovendien zorgt de brede programmering en enorme variatie van stijlen er vrijwel altijd voor dat je tegen een alleraardigste verrassing kunt aanlopen of geïnteresseerd raakt in een act waarvan je het bestaan niet eens kende. De laatste dag van het festival zou een dag blijken waarin de gevestigde namen hun faam meer dan waarmaakten en waarin de talentvolle nieuwkomers nadrukkelijk lieten merken dat we met hen in de nabije toekomst rekening dienen te houden. Uit het enorme aanbod is getracht een beeld te vormen van wat er zoal heeft plaats gevonden.
Tekst: Jeroen Bakker / Foto’s: Marco Van Rooijen, hier het volledige fotoalbum North Sea Jazz Festival 2016
Op het North Sea Jazz Festival is de derde dag aangegrepen om in de tent van het Congo-podium de Dag van de Heer te vieren. Het is tenslotte zondag dus een mooie gelegenheid om aandacht te besteden aan ‘de Soul van de Gospel’, zoals het thema wordt genoemd.
Van de legendarische WILLIAM BELL uit de Stax-stal hadden wij iets meer verwacht dan deze ietwat timide set. Bell heeft een prachtige staat van dienst en ziet er voor zijn leeftijd prima uit maar muzikaal wil het maar nauwelijks knallen en ook het tempo ligt veel te laag. Muzikanten met bladmuziek is soms onvermijdelijk maar je kunt toch doen alsof je het leuk vindt? Gelukkig is er achtergrondzangeres Suzie die met ‘Private Number’ de hele boel even wakker komt schudden en ‘Born Under A Bad Sign’ waarmee het optreden nog net op tijd wordt gered.
Bij de THE JONES FAMILY SINGERS wordt uit een heel ander vaatje getapt en lijkt de gospeldienst pas echt te zijn losgebarsten. Het is een heel muzikale familie die optredens in de kerk afwisselt met optredens op festivals. De zangeressen beschikken allemaal over een imposant stel stembanden en zien er ook nog eens heel erg vrolijk gekleed uit. Waarom de stoeltjes, net zoals de dagen hiervoor, zijn terug gezet is een raadsel maar desondanks zien we de tent heen en weer schudden en de houten vloer vibreren op de machtige gospelsound.
Op het voorplein staat THE HOT 8 BRASS BAND tracks van Snoop Doggy Dogg en Limp Bizkit ‘te verbrassen’. Het is allemaal wel veel van hetzelfde en muzikaal gezien moet er in New Orleans vast wel een band te vinden zijn met meer virtuositeit in de gelederen maar qua sfeer kun je deze zwaargewichten er best bij hebben. Dat het orkest zich bezighoudt met veel liefdadigheid en sociaal geëngageerd is, verdient bovendien alle respect. “We Brass Hard”, is het motto maar kom dan niet met ‘Sexual Healing’.
Van de CODARTS SYRIAN ROYAL CONSERVATORY UNION BIG BAND op het buitenpodium van de Mississippi proberen we via de Amazon iets van The Artist In Residence mee te krijgen maar de fanschare van IBRAHIM MAALOUF breidt zich heel erg snel uit en als dan ook nog het fantastische METROPOLE ORKEST onder leiding van Jules Buckley achter hem staat is het vrijwel onbegonnen werk om nog een poging te wagen om binnen te komen.
Dan maar naar TAXIWARS in de matig gevulde Darling. Waarschijnlijk weten maar weinigen dat Tom Barman de grote man is van dit jazzproject. De vlotte babbelaar die de aankondiging mag doen heeft zeker geen idee met wie hij hier te maken heeft gezien zijn merkwaardige uitspraak van de band waarmee Barman al geruime tijd furore maakt. dEUS heeft zich altijd al laten beïnvloeden door jazz dus heel vreemd is dit uitstapje niet. Wie daarnaast de bevlogen muzikant volgt weet dat hij hier geen half werk levert. ‘Hardcore jazz met een punky benadering’ is het al eens genoemd. Wij noemen het ‘verrekt lekker groovende muziek van een stel gepassioneerde muzikanten’. Na de release van het gelijknamige debuutalbum zien wij dit graag nog een vervolg krijgen. Tom Barman is hier samen met dit fijne groepje muzikanten waarin we saxofonist Robin Verheyen herkennen, in ieder geval helemaal op zijn plaats.
Wie zich hier ook helemaal op haar gemak voelt is CANDY DULFER. Je zou haar zelfs een vaste waarde op dit festival kunnen noemen. Ontelbare keren viel er al te genieten van haar sax-capriolen en funky begeleiders. Geheel terecht is de grootste zaal volledig vol gelopen voor haar optreden. Met Ivan Peroti in de gelederen heeft ze ook nog eens een van de allerbeste zangers die we hier hebben naast zich staan. Al dachten ‘de kenners’ van The Voice-jury daar anders over. “Kom eens naar Sven Hammond kijken”, zou je ze bijna willen adviseren. Wedden dat ze dan terugkomen op hun besluit? Dulfer ziet er zoals altijd weer fantastisch uit en toont voor de zoveelste keer haar vakmanschap. Als ‘musical director’ staat ze natuurlijk ook nog eens haar mannetje. Werkelijk niets is aan het toeval overgelaten. De hoeveelheid mobieltjes die de zaal verlichten tijdens ‘Lilly Was Here’ vormen een leuk visueel spektakel. Mooi is het kleine eerbetoon aan Prince met wie zij diverse keren heeft samengewerkt. Wij denken nog graag terug aan de memorabele optredens van deze grote muzikant hier, nog maar enkele jaren geleden. Is er dan niets op deze show aan te merken? Wij zien liever het vocale gedeelte van Dulfer door anderen verricht worden.
Wanneer dan JILL SCOTT op het programma staat vermeld is de keuze dus snel gemaakt. Van de soulzangeres wordt doorgaans, en geheel terecht, veel verwacht. Dat de zaal al ruim voor aanvang is volgestroomd is dan ook niet verwonderlijk en wanneer er zich enige vertraging achter de schermen voordoet wordt dat probleemloos voor lief genomen. Voor zangeressen als deze pas je desnoods het eigen schema aan zelfs als je daardoor een ander optreden moet missen dan moet dat maar. Maar wanneer al bij de eerste tonen van het vorig jaar verschenen ‘Coming To You’ het geluid zodanig belabberd lijkt afgesteld voel je je als bezoeker niet bepaald serieus genomen. Fijn dat je op dat moment kunt kiezen uit diverse alternatieven en nog fijner dat één daarvan op het nabijgelegen plein staat.
De Mississippi Delta lijkt daar namelijk gedurende één uur verplaatst te zijn naar de Congo Square. Daar staat MR. SIPP, een nog betrekkelijk jonge muzikant/producer die zich de roots-blues helemaal eigen heeft gemaakt en de Mississippi Delta-blues op waanzinnige wijze weet te vertolken. Sterke vocalen en virtuoze gitaarcapriolen blijken duidelijk in de smaak te vallen bij het verraste publiek dat nog even daarvoor nietsvermoedend op het plein zat te genieten van het mooie weer. Als hij maar niet op dit enorme complex een soortgelijke wandeling gaat maken zoals op Moulin Blues vorig jaar. Grote kans dat we hem deze keer voor altijd kwijt zijn. En het is nogal druk vandaag. Een van de oorzaken hiervan is het aangekondigde optreden van de in Nederland immens populaire GREGORY PORTER die al vele malen eerder op dit festival te zien was. Vooral het optreden samen met het Metropole Orkest is een onvergetelijke ervaring gebleken. Vandaag doet hij het uitsluitend met zijn eigen muzikanten maar het succes is er niet minder om. Hij zingt over de onlusten die er destijds in Detroit plaatsvonden, helaas nog steeds actueel. Naar later blijkt is zich hier een absoluut hoogtepunt aan het voltrekken maar wij kiezen er toch voor om snel naar de Nile te gaan.
Daar staat ook een bekend gezicht dat we hier al vaker hebben gezien. Vandaag heeft hij echter iets speciaals in petto. JOE BONAMASSA heeft een exclusieve show voorbereid waarin hij muzikale eer betuigt aan zijn grote helden: Eric Clapton, Jeff Beck en Jimmy Page. Iedereen die Bonamassa een beetje kent weet dat hij hier wel raad mee weet. Het is een set met opvallende keuzes zoals ‘Pretending’ van Clapton en Led Zeppelin’s ‘Tea For One’, hoewel die laatste wel vaker voorbij kwam tijdens zijn optredens. Ook vinden we deze keer niet respectievelijk Phil Collins en John Bonham op drums maar de gerenommeerde Anton Fig, een virtuoos die werkelijk met iedereen al eens heeft samengewerkt maar die tegenwoordig in deze band prima op zijn plaats lijkt. Gekozen is er voor de wat minder bekende tracks van de drie legendarische gitaristen en het is dus enigszins begrijpelijk dat niet alle aandacht gericht is op dit podium. We zien al vroegtijdig bezoekers die zich richting een voetbalscherm begeven en we zien stoere bluesrockers naar de Amazon vertrekken. Niet geheel zonder reden zo blijkt want op kleine loopafstand vindt een andere, en op voorhand gewonnen finale plaats.
Nog nauwelijks bekomen van het ronduit indrukwekkende optreden dat vorig najaar in Carré plaatsvond en waarvan onlangs een live-registratie verscheen, staat er vandaag weer een optreden op het programma van WALTER TROUT en zijn geweldige band. Het is volgens hem twintig jaren geleden dat er hier gespeeld werd. “Wat waren we jong”, grapt hij. De stoere bluesrock klonk nog nimmer zo verfijnd maar al kort na aanvang is er vermoedelijk tijdens ‘Outta Control’ een gitaarversterker opgeblazen. “It seems my amp is Out of Control”, lacht Trout. Het is de indirecte bevestiging dat het heilige vuur er nog altijd is. De band knalt er stevig in en we kunnen ons vergissen maar alles wijst er op dat Trout en zijn band een steigende lijn hebben ingezet waar nog lang geen einde aan lijkt te komen. Met nieuwkomer Johnny Griparic op bas heeft Trout een stuwende kracht in de gelederen gehaald die de band, alsof dat nodig was, nog eens van een enorme boost voorziet. ‘Say Goodbye To The Blues’ is een prachtig eerbetoon aan, volgens Trout, “de grootste bluesman die er ooit heeft geleefd”: “Play on B.B., Play Lucille Right Through The Darkest Night”, doet vele emoties oproepen. Wie had bovendien nog kort geleden durven dromen dat we de afsluiter van dit podium op dit festival ooit nog levend aan het werk zouden zien. Typisch een gevalletje van ‘A New Flame’, en laten we die nu horen van een andere afsluiter in de stampvolle Nile.
Na een eerder optreden van Level 42, een band die zijn grootste successen in ‘de eighties’ had is het nu de beurt aan SIMPLY RED, de succesvolle formatie die gedurende enige tijd geheel eigenhandig Ahoy uitverkocht en grossierde in mega-hits Ze komen uiteraard allemaal voorbij en met de uitvoering ervan is helemaal niets mis. Mick Hucknall is nog steeds de charismatische frontman die nog steeds het vrouwelijke deel van het publiek weet te bekoren met zijn charmes. Maar was het niet veel interessanter geweest om vandaag nog eenmaal het beste werk van zijn grote voorbeeld Bobby Bland te vertolken? Feit is dat het festival hier feestelijk afsluit en heel veel mensen met een goed gevoel naar huis laat gaan. Dat doen wij dus ook. Het was weer drie dagen lang enorm genieten.
Lees hier het verslag van vrijdag 8 juli en hier van zaterdag 9 juli. Het volledige fotoalbum North Sea Jazz Festival 2016 vindt u HIER
Steigende lijn. Man, als verslaggever moet je je schamen.