Joanne Shaw Taylor
Kulturkneipe Der Schwarze Adler, Rheinberg (Duitsland)
10 April 2011
Deze zondagavond is ondergetekende weer op weg gegaan naar Kulturkneipe Der Schwarze Adler in Rheinberg om een interview te hebben met bluesgitariste/zangeres Joanne Shaw Taylor. Deze van oorsprong Britse artieste trad daar op in mijn favoriete Duitse bluesclub.
Bij aankomst vertelt eigenaar Ernst Barten dat Joanne en band in de kleedkamers zijn, dus daar naar toe voor een eerste kennismaking. De CD’s White Sugar en Diamonds in the Dirt staan al een tijd in mijn kast, de muziek is mij wel bekend . Een verbaasde maar zeer vriendelijke Joanne heet mij zeer hartelijk welkom, ze blijkt mijn naam te herkennen via haar vriend Dave Pate, de vorige gitaartechnicus van Joe Bonamassa. Haar platenmaatschappij RUF , waar het interview mee was afgesproken, had niet doorgegeven dat ik haar namens BluesMagazine kwam interviewen, vandaar haar verbazing…
Joanne is een jonge vrouw, mid twintig, geboren in het Britse Birmingham en woont al een tijd in Detroit in de V.S. Ze speelt gitaar en zingt en zit aan de meer stevige kant van de blues, wat ook blijkt uit het eerste antwoord wat ze geeft op mijn eerste vraag.
Waarom ben je gitaar gaan spelen en welke invloeden hebben je stijl bepaald ?
Mijn vader speelde gitaar en hij wilde graag dat zijn zoon dat ook zou doen, kocht een klassieke gitaar voor hem, maar dat is niets geworden. De gitaar lag nutteloos in huis en ik vroeg of ik het mocht proberen, ook al omdat men gitaarlessen op mijn school ging geven. Dat was het begin op mijn achtste.
De eerste bands waar ik naar luisterde waren Black Sabbath, Iron Maiden, Led Zeppelin, Thin Lizzy ; het stevige werk. De eerste LP die ik kocht was Ice Picking van Albert Collins, de blues kreeg ook mijn interesse. Zijn stijl van gitaarspelen sprak mij bijzonder aan, dat je je eigen stijl van gitaarspelen kunt aanmeten. Er zijn zoveel dezelfde”gitaristen, je eigen stijl maakt je bijzonder, niet de pure technische snelheid.
Wie zijn je voorbeelden in de hedendaagse muziek en springen eruit door een totaal eigen stijl? Ik bedoel, als je een of twee tonen hoort dan weet je al wie het is, dan ben je er toch zo ongeveer?
Inderdaad, nummer een voor mij is absoluut Jeff Beck. Wat hij kan en doet is onnavolgbaar. Zo emotioneel, technisch briljant. Hij is mijn top. Vorig jaar speelden we op enkele festivals , helaas niet samen, en zag ik het weer bevestigd. Hij speelde Somewhere On The Rainbow en tienduizend mensen waren doodstil.
Dave Stewart van de Eurythmics is ook van grote betekenis geweest voor jou? Hoe ben je met hem in contact gekomen en wat heeft hij gedaan voor jou?
Roger Pumpfree zag mij op een benefietshow t.b.v. borstkanker optreden toen ik 16 was. Mijn moeder heeft al 2 keer borstkanker gehad en daardoor was ik er ook. Het liefdadigheidsfonds Breast Friends organiseerde die avond. Roger kende Dave en gaf hem een demo-CD van mij. De volgende dag belde Dave op en hij wilde mij graag op zijn platenlabel hebben, de volgende dag al gingen mijn vader en ik naar Londen waar ik nog nooit geweest was! Hiervoor kende ik Dave helemaal niet, de Eurythmics was voor mijn tijd en ik luisterde naar andere muziek. Het contract werd getekend en het werk begon. Dave vond het prachtig een 16 jarig meisje te zien die blues speelt en gek is van Albert Collins. Hij leerde mij veel over de muziekwereld. Hij was de eerste die tegen me zei dat ik mijn eigen ding moest doen;je moet geen Bonnie Raitt of Albert Collins willen zijn: je moet Joanne Shaw Taylor zijn en je zo goed mogelijk ontwikkelen als gitariste , tekstschrijfster en zangeres. Die les heb ik tot op vandaag goed in mijn hoofd geknoopt. Trouwens, een wat vreemde, maar erg aardige man met een mooi gevoel voor humor. We zijn goed vrienden gebleven.
Als ik naar je tourschema kijk dan zit dat bomvol het laatste jaar. Vol te houden allemaal?
Dat wel, maar soms is het wel erg vermoeiend allemaal. Ik kijk eigenlijk nooit naar waar ik overal heen moet om op te treden. Het houd je van de straat en omdat ik optreden het leukste vind gaat het wel. Het reizen en al die hotels e.d. maken het vaak vermoeiend. Ik ben nog maar een jonge meid…….
Had je ook in de rockwereld kunnen slagen of toch meer in de blueswereld? Wat ik begrijp uit dit gesprek is dat je toch wel een “stevige”gitariste bent en toch zeer veel rockinvloeden in je muziek hebt zitten?
Misschien wel. Albert Collins zette mij op het bluesspoor, was dat anders gegaan dan was ik misschien wel in een rockband gespeeld. Verder houd ik me daar niet mee bezig. Ik doe wat ik graag doe en hoop de fans daar mee te plezieren. Het valt wel op dat er altijd wel rockfans in mijn publiek zijn, ik zal er ergens tussenin zitten. Te bluesy for rockfans en te Rocky soms for bluesfans.maar zolang men een fijne avond heeft en als de fans in steeds grotere getale blijven komen zijn we allen heel tevreden!
In middels was de meegebrachte wijn op, de hele band was aanwezig en dronk gezellig mee, en moest de kleedruimte verlaten worden omdat men zich ging omkleden voor de show.
Het concert
Het voorprogramma werd verzorgd door de P-A-U-L. Deze band komt uit Detroit en speelt een mix van southern-, blues- en gewone rock. De band is genoemd naar gitarist, zanger en leider Paul Andrew Ulysses Lamb. Ze speelden als 3 mansformatie in de stijl van plaatsgenoten Bob Seger en Mitch Ryder: rauwe stem, rocky en strak. Vooral drumster Layla Hall viel op door haar krachtige, strakke spel, bassist Joey Spina was degelijk en goed ondersteunend. Goede muzikanten! In de 3 kwartier speelde men nummers van hun CD’s ‘Hanging On For Dear Life”en “Gunshot Lullaby’’ en met veel succes. (Zie CD recensie 16 september j.l.). Een heerlijk ongedwongen opwarmer voor Joanne. In de pauze vertelt Paul mij dat hij vanavond ook met Joanne meespeelt en wel op bas, drumster Layla Hall doet dan ook het drumwerk. Ze fungeren dan als begeleidingsband van Joanne. Om de bekende kosten te drukken.
JST openden met een vette, groovy instrumentaal Shake and Bake. Het viel meteen op wat een geweldig goede gitariste ze is. Ze heeft zoals ze in het interview al aanhaalde veel weg van de manier van spelen Albert Collins: ze plukt meer aan de gitaren, Ana Popovic speelt ook meer zo. Apart maar zeer effectief. Vanwege haar albums verwachtte ik meer blues, maar mijn God wat een rockige blues; ook helemaal mijn ding! De meeste nummers waren aan de erg stevige kant wat het publiek erg waardeerde. Het was jammer dat in het begin, Going Home, haar zang in het gitaargeweld ondersneeuwde en niet goed doorkwam, later werd dit beter. Het concert was m.b.t. het volume goed: ik stond vooraan en had de oordoppen niet nodig en toch rockte het geweldig. Hard is dus niet altijd nodig, zuiver is veel belangrijker.
In het schitterende Time has Come and Blackest Day liet ze dan weer zien dat ze ook erg ingetogen en gevoelig kan spelen. Dead and Gone ook weer zo’n heerlijke blues. Manic Depression van Jimi Hendrix laat overduidelijk zien dat hij ook een grote invloed op haar heeft gehad . Als afsluiter het overbekende Going Down maar dan in een Texasblues uitvoering.
Setlist:
1. Shake&Bake
2.Going Home
3. Time Has Come
4.White Sugar/Rude Mood
5. Watch Them Burn
6. Dead & Gone
7. Manic Depression
8.Shiver & Sign
9. Kiss The Ground Goodbye
10. Blackest Day
11.Bones
12. Going Down
Conclusie:
Een mooie, iets andere maar zeker niet mindere muziekavond dan verwacht. P-A-U-L was vernieuwend , vaak experimenteler, JSS rockiger dan verwacht. Beiden erg goed en absoluut de moeite waard.
Links:
Joanne Shaw Taylor www.joanneshawtaylor.com
P-A-U-L www.p-a-u-lmusic.com
P-A-U-L treedt deze week nog op in Nederland:
Vrijdag 22 april Kajuitbar in Schiedam
Maandag 25 april Cafe Kaatje in Oss
PAUL, lijkt een beetje onderschat. De plaat is in ieder geval heerlijk om weg luisteren….Voor bluesrockers dan natuurlijk. Weer goed werk André!