Komend weekend is Dana Fuchs met haar band voor twee optredens in ons land, vrijdag in De Boerderij in Zoetermeer en zondag in de Bosuil in Weert. Beide shows zijn onderdeel van de langste tournee die Dana tot nu toe deed en die eind juni begon in Denemarken. Deze tour is met name bedoeld om haar nieuwe album Bliss Avenue te promoten. Half juli kwam deze cd in Europa uit, een maand later in de Verenigde Staten. Werkten Dana en haar vaste gitarist en schrijfpartner Jon Diamond voorheen in de States met een andere band dan in Europa, sinds het begin van de Bliss Avenue Tour werken ze ‘wereldwijd’ met drie Europese muzikanten: de Nederlandse Walter Latupeirissa (al vijf jaar) op bas en Bob Fritzema op toetsen en de Italiaanse Piero Perelli op drums. Nadat ze begin dit jaar al op een groot festival in Mumbay (=Bombay), India hadden opgetreden zijn ze sinds juni onder meer in Noorwegen, Spanje, Frankrijk, Oostenrijk, Zwitserland, Tsjechië, Polen, Litouwen, Zweden en Duitsland geweest. De komende tijd (tot half oktober) staan er nog shows gepland in Denemarken, Groot-Brittannië en Frankrijk, waarna ze weer teruggaan naar de States.

Dana Fuchs

Het navolgende interview kwam op een bijzondere manier tot stand: begonnen werd op Bospop, waar Dana precies vijf jaar na haar debuut in ons land weer optrad in de grote tent. Vanwege allerlei toestanden bleven er nog geen tien minuten over om een gesprek te voeren, voorafgaand aan het optreden, vandaar dat werd afgesproken de rest van het gesprek later af te maken. Enkele antwoorden werden in Noorwegen gegeven, een gedeelte terwijl ze in het midwesten van de VS toerde en tenslotte toen ze weer terug in Europa was voor het laatste deel van de tour.

Tekst en foto’s: Harry Pater

Hoe was het voor jou om weer op Bospop te zijn?

‘Het was geweldig om terug te keren naar de plek waar voor mij het allemaal begonnen is. Deze keer waren er veel meer mensen die mij en mijn songs kenden. Ik moet bekennen dat ik het heel bijzonder vond toen het publiek massaal mijn naam begon te roepen voordat ik op het podium was. Het publiek bleek super energiek te zijn. Wijzelf waren een beetje uitgeput na hooguit vier uur slaap en vele uren reizen om naar Weert te komen, maar de reactie van het publiek zorgde ervoor dat we veel energie terug kregen!’

In enkele recensies van je Bospop optreden stond dat men vond dat je teveel praatte tijdens het optreden. Wat is jouw reactie hierop?


‘Zoals Bob Dylan al zei: “you can’t please all the people all the time”. Ik heb optredens gedaan waar ik amper heb gesproken en daarover klaagden de fans. En de fans zijn belangrijker voor me dan critici. Ik moet met mijn publiek communiceren en me niets aantrekken van wat sommige critici zeggen. Volgens mij voel ik mijn publiek goed aan en als ze bijvoorbeeld dronken zijn en alleen maar willen rocken, dan geef ik ze dat. Maar ik word altijd na afloop bedankt voor de verhalen die ik vertel en vaak vertellen mensen mij gelijksoortige verhalen. Ik heb het contact met de mensen ook nodig, omdat ik zoveel tijd on the road spendeer, weg van familie en vrienden. Met andere woorden ik kan me niet druk maken over negatieve recensies terwijl zowel het publiek als ikzelf tevreden en blij ben. Maar ik probeer altijd in te schatten of het publiek in is voor intimiteit of dat ze juist een lekkere song willen waarop ze kunnen grooven.’

De recensies over Bliss Avenue die ik las waren van positief tot zeer positief. Hoe kijk jij daar naar?

‘Het is altijd geweldig om positieve recensies te krijgen, maar ik probeer me er niet teveel van aan te trekken, omdat de slechte kritieken dan meer pijn doen. Als ik gelukkig ben met de cd, dan is ons publiek dat doorgaans ook en eigenlijk zou dat genoeg moeten zijn voor me. Maar uiteraard ben ik altijd blij met een goede recensie en ik ben er dan ook dankbaar voor dat de meeste recensies tot nu toe zo positief zijn.

Bliss Avenue werd geproduceerd door jou, Jon en Tim Hatfield. Hoe ging dat, waren jullie alle drie aanwezig bij de opnamen, mix, en dergelijke? En wie had het laatste woord als jullie het niet eens konden worden?

‘We waren alle drie overal bij aanwezig! En als we een meningsverschil hadden en iedereen was ervan overtuigd dat zijn of haar mening de beste was, probeerden we alle drie ideeën uit, lieten het dan betijen en kwamen we er later op terug en luisterden we ernaar met onze oren in plaats van met onze ego’s. Uiteindelijk won iedere keer het beste idee!’

Kun je me vertellen wanneer je de songs op het album hebt geschreven? Zijn het allemaal nieuwe songs of zijn er ook songs bij die je had geschreven voor de vorige cd Love To Beg of voor dat teruggetrokken album daarvoor of zelfs voor je debuut Lonely For A Lifetime?


‘Sommige songs zijn hartstikke nieuw en anderen zijn afkomstig van een idee van een paar jaar geleden waar we indertijd niet uitkwamen. Keep On Walkin’ en How Did Things Get This Way waren instrumentale demo’s van Jon, die hij enkele jaren geleden thuis heeft opgenomen en waarop hij alle gitaarpartijen en bas heeft gespeeld en er een lekkere drumloop voor geprogrammeerd had. Ik werd als het ware verliefd op de grooves en de melodieën die hij gemaakt had en ik hoefde er in feite alleen maar even de teksten bij te verzinnen. Natuurlijk is het zo dat als je een song meeneemt naar de studio en er geweldige muzikanten en iemand als Tim Hatfield mee laat werken, dan krijgt zo’n song een nieuw en beter leven!’

Uit ervaring weet ik dat je na je optredens altijd veel tijd neemt om met fans te praten. Ik weet ook dat er mensen zijn die je heel persoonlijke dingen vertellen. Heeft dit je wel eens geïnspireerd om naar aanleiding daarvan een of meer songs te schrijven?

‘Zeker weten! Ik heb vaak inspiratie gekregen van verhalen die ik na een show hoorde of na een mail of andere bericht dat ik ontving, ik krijg veel reacties via mail en de sociale media en ook via de vraag en antwoordsessies die ik regelmatig doe via mijn blog. We zijn allemaal maar gewone mensen die gelukkig willen zijn en rust en vrede willen vinden. Dus zelfs als de omstandigheden van persoon tot persoon anders zijn, het plezier en de pijn en geluk en verdriet zijn voor iedereen gelijk.’

Hoe verliep het schrijfproces tussen Jon en jou?


‘Dat verschilt nogal. Soms zoals ik hiervoor vertelde, dat Jon al een complete song had uitgewerkt met uitzondering van de tekst, zodat ik alleen dat hoefde te doen. Soms heb ik een complete tekst klaar, maar heb ik nog niet echt een idee welke muziek daarbij past en dan geef ik de tekst aan Jon. Uiteraard gaan we ook vaak samen zitten om iets te creëren. Bijvoorbeeld bij So Hard To Move. Jon speelde een prachtige melodie, waarbij ik meteen tranen in mijn ogen kreeg, terwijl ik niet wist waarom. Even later wist ik zeker dat ik een song zou gaan schrijven voor mijn kortgeleden overleden broer Don en mijn ervaring over dat ik als enige bij en naast hem was toen hij overleed.’

Jon and Dana

Volgens het cd boekje is Handful Too Many geschreven door jou, Jon en Matt Neuroth. Wie is Matt en hoe ging dat om met z’n drietjes deze song te schrijven?

‘Matt is een goed vriend en een geweldige muzikant, die vroeger in New York City woonde. We besloten om op een avond bij elkaar te komen en te proberen om samen wat songs te schrijven. Dus Jon, Matt, ikzelf en bassist Kevin Mackall begonnen wat te jammen op door mij geschreven teksten. Jon en Matt schreven de muziek onder mij terwijl ik zong en spontaan een melodie bedacht. Kevin bedacht het basgedeelte. Jack Daley was hier helemaal weg van en kopieerde dat hele basgedeelte en zo staat het dus ook op de cd. Achteraf gezien had Kevin ook een songcredit gehad moeten hebben, als ik eerlijk ben.’

Rodents In The Attic werd door jou, Ann Klein en Kevin Mackall geschreven. Wie zijn dit en hoe ging het schrijven hiervan in zijn werk? En was Jon op enige manier betrokken bij het schrijven?

‘Ann en Kevin zijn twee geweldige muzikanten uit New York City. Ik had het refrein voor Rodents al als een gedicht geschreven na een gesprek met iemand van wie ik hou en die te maken had met iemand die zijn verstand aan het verliezen was. Ik was er niet zeker van of ik er überhaupt verder iets mee zou doen. Toen kreeg ik een e-mailtje van Ann, waarin ze voorstelde om samen een song te schrijven. Daarop stuurde ik haar wat ik had geschreven. Tien minuten later stuurde ze me al de muziek die ze ervoor bedacht had, waarna ik tekst en muziek naar Kevin stuurde, die er een paar geweldige regels aan toevoegde. Daarna dineerden we gezamenlijk bij Ann thuis in de West Village en namen we daar een demo op. Toen wist ik zeker dat dit op Bliss Avenue moest komen. Jon veranderde het een en ander aan het arrangement en nog wat dingetjes, zodat ook echt een typische eigen soort song werd dat wij live kunnen brengen.’

De muzikanten op het album zijn geweldig. Maar waarom koos je voor hen in plaats van de muzikanten uit je Amerikaanse band, zoals je (gedeeltelijk) deed op Love To Beg?

‘Toen we er tijd voor hadden was het bijna Kerst en onze vaste bandmuzikanten waren allemaal weg of bezet en dus vroeg Tim Hatfield een paar top sessiemuzikanten of zij binnen ons budget konden en wilden werken en ze zeiden meteen ja, wat een geluksvogel ben ik toch!’

Waren jij en/of Jon) aanwezig toen het album werd gemasterd? Zo ja, hadden jullie enige invloed op het resultaat?


‘Zeker weten! Mastering is de cruciale laatste stap! We gingen door elke song met, als het ware, een heel dunne kam, namen daarna het resultaat mee naar huis en luisterden er de volgende dag naar. We waren het er allemaal over eens dat het te ‘licht’ was, zoals een popalbum. Dus gingen we terug en vroegen Scott Hull (van Masterdisk NYC) om het geheel wat ‘donkerder’ te maken. Hij is echt een meester op het gebied van mastering en begreep precies wat we bedoelden. Uiteraard keken we continu over zijn schouder mee om er zeker van te zijn dat het ging worden zoals wij het wilden. We zijn heel blij met het eindresultaat!’

In het cd-boekje las ik dat het hoesontwerp gedaan is door ene MIchael Van Merwyk, is dat wellicht een Nederlander?

‘Hmmm, dat heb ik nooit gevraagd en was me niet opgevallen. Hij werkt voor Ruf Records in Duitsland en zei dat hij Duitser was, dus ik neem aan dat hij dat is!’

Enig nieuws over dat akoestische album dat jullie hebben opgenomen en waarover je het in 2011 had? Hetzelfde geldt voor de live-dvd die jullie vorig jaar mei in New York City opnamen.


‘Dat akoestische album namen we op voordat we een contract met Ruf Records hadden gesloten, daarvoor was het een distributiedeal. Het label wil dat we alles uitbrengen na overleg met hen en voor dat akoestische album is het wat hen betreft nog te vroeg. Die live-opnamen zijn erg mooi geworden, maar in augustus traden we ook in New York City op tijdens de cd-presentatie. Hierop doen dus Walter en Piero mee en ik beschouw deze formatie als mijn echte band. We willen dan ook liever deze opnamen als dvd uitbrengen, ook al omdat de drie achtergrondzangeressen meededen. Hopelijk kan de dvd dit jaar nog uitgebracht worden!’

Dana Fuchs

Je toert nogal intensief. Krijg je wel genoeg rust? Toen ik je vijf jaar geleden voor het eerst interviewde, vertelde je me dat je niet meer dan drie dagen achtereen wilde optreden, om je stem te sparen. Maar als ik je huidige tourschema zie is het vier dagen optreden en een dag ‘vrij’ en vijf optredens en een dag ‘vrij’…

‘Nou, ik weet inmiddels wat mijn stem aan kan en bovendien kost het heel veel geld als je teveel vrije dagen hebt met een volledige band en hotels en zo. Dus proberen we de optredens zo goed mogelijk te verdelen over een bepaalde periode. Touren langs festivals is vooral de periode waarin je vrije dagen hebt, omdat je dan vaak lange afstanden moet overbruggen van het ene naar het andere land. Langs clubs touren betekent dat je iedere dag naar een andere stad moet reizen en dan relax ik in de bus met mijn koptelefoon op!’

Het blijkt dat je nu je Europese band als vaste band hebt. Is het altijd leuk of hebben jullie ook wel eens ruzie?

‘Omdat ik zo vaak in Europa ben ken ik deze jongens heel goed en we zijn gewoon heel goede vrienden, zeg maar gerust broers geworden. Ik noem Piero dan ook altijd ‘my little brother from another mother’. Natuurlijk heeft iedereen wel eens zijn of haar dag niet en is er wel eens iemand chagrijnig, maar echt ruzie hebben we nooit. Sterker nog, we hebben altijd heel veel plezier samen. Ik hou echt heel veel van deze jongens, zonder uitzondering! We hebben een geweldige onderlinge communicatie en vriendschap en we zijn nooit bitter of kwaad. Ook zijn we allemaal erg zorgzaam voor elkaar. Ik zou nooit iemand in mijn band houden die dat niet was!’

Walter en Piero gingen met je mee naar de States. Waarom besloot je dit i.p.v. met Amerikaanse muzikanten te werken? En was het makkelijk om werkvergunningen te krijgen?


‘Het touren gaat geweldig en het is geweldig dat zij erbij zijn. Omdat we al sinds juni samen onderweg zijn en we dat tot in oktober in Europa doen wilde ik ze graag meenemen naar Amerika. Ik beschouw hen echt als mijn band en omdat het de eerste keer was dat ik in de Midwest ging touren en omdat ik zo lang van huis ben, toch zeker vier maanden, vond ik gewoon dat ik mijn ‘road family’ bij me moest hebben. Bob was helaas al geboekt door King King en dat kon hij niet afzeggen, vandaar dat hij niet mee kon, wat hij wel graag had gewild. Maar ik begrijp hem heel goed, als je al iets hebt afgesproken met een andere band dan gaat dat gewoon voor. Bovendien gebruik ik deze jongens het liefst overal, in plaats van steeds freelancers uit New York City in te huren. Visa zijn inderdaad niet 123 te krijgen en bovendien behoorlijk duur, maar dat heb ik er graag voor over. Voor dit deel van de Europese tournee heb ik onze vaste Amerikaanse geluidsman meegenomen, dat is toch een stuk prettiger werken dan iedere avond iemand anders aan de knoppen!’

Jon raakte geblesseerd aan zijn ringvinger, jij kneusde je enkel… hoe gaat het nu?

‘Jon kreeg zijn vinger tussen de deur van de bus toen we in Polen waren en een pitstop bij een tankstation hadden. De tourmanager gooide de deur dicht zonder te kijken. Jon’s vinger bloedde enorm en we zijn gauw naar het dichtstbijzijnde ziekenhuis gereden, waar ze hem snel hebben behandeld. Het bleek dat zijn vinger gebroken was. Maar ja, the show must go on en dus werd de vinger goed ingepakt, zodat hij toch kon spelen. Gelukkig gebruikt hij deze vinger niet zoveel tijdens het gitaarspelen, maar die ernaast natuurlijk wel. Op Bospop had hij er veel last van, je hebt vast de bloedvlekken op zijn gitaar wel gezien, daar heeft de dokter van de EHBO de vinger opnieuw verbonden en sindsdien heeft ie er steeds minder last van. Toen we in Noorwegen waren had ik lekker een uurtje gejogd en toen ik vlakbij ons hotel was liep ik rustig genietend naar die prachtige omgeving bij de fjord te kijken en voordat ik het wist stapte ik in een kuil en had ik helse pijnen aan mijn enkel. Kon er bijna niet op lopen en omdat de enkel zo dik werd kon ik ook geen schoen of laars aan. Inmiddels gaat het zowel met Jon als met mij alweer stukken beter, al hebben we er allebei nog wel last van.’

> Tour data Dana Fuchs <[/fusion_button]

 


Ook op Blues Magazine ...