Royal Southern Brotherhood
North Sea Jazz Club, Amsterdam
5 September 2014
Bezoekers: ± 200
Tekst: Mark Harmsma
Op vrijdag 5 september 2014 speelde Royal Southern Brotherhood in de North Sea Jazz Club in Amsterdam. Deze club toont aan dat het goed mogelijk is om via sterke programmering en duidelijke visie binnen relatief korte tijd naam te maken als gerenommeerd ‘venue’. Naast jazz, soul, funk en een vleugje roots wordt er ook behoorlijk blues geprogrammeerd – mede op aangeven van bluesliefhebber en muziekkenner Johan Derksen. Volgens Amerikaans concept is er voor het podium een aantal tafels opgesteld waar men kan dineren en vervolgens kan blijven zitten tijdens het optreden. Hoewel ik persoonlijk de artiest liefst wil ruiken en met weemoed terugdenk aan hoe ik op de eerste rij in Paradiso in 1987 eigen zweetdruppels met die van Rory Gallagher vermengd zag worden, heeft dit concept toch ook wel wat. Het is iets beschaafder maar nog net niet gezapig, geholpen ook door de aankondiging door de NSJC master of ceremonies waarin wordt gevraagd zich wel in te leven in de muziek, maar er niet nodeloos doorheen te gaan staan lullen. Deze in het Nederlands gebrachte laatste boodschap ging overigens jammerlijk voorbij aan een stel dronken Scandinaviers, die natuurlijk vlak voor mij bleken te staan. Net als bij Keb’ Mo’ een paar weken geleden is het ook nu een zwoele zomeravond. Om 20:50 uur hou ik nog het hart vast dat de opkomst wellicht te laag zal zijn, maar vijf minuten later is de tent bijzonder goed gevuld: iedereen blijft lekker buiten zitten terwijl de eters van hun toetje of koffie genieten.
Klokke 21:00 uur betrad Royal Southern Brotherhood het podium, met gelukkig Mike Zito nog in de gelederen. Hij zal na deze tour de band verlaten om zich te richten op zijn eigen band en ook deze avond werd duidelijk waarom: hij staat te vaak alleen te begeleiden – terwijl hij de betere gitarist is in deze band. De band en specifiek vervanger Bart Walker ziet zich met een behoorlijke uitdaging geconfronteerd omdat Zito niet alleen een goede gitarist is, maar ook garant staat voor bezielende vocals, backing vocals en goede songwriting. Walker schijnt ook te zingen, dus op papier blijft de formule van drie zangers en vier achtergrondzangers overeind. Half oktober wordt een tweede deel van de Europese tour gestart, die-hards kunnen de nieuwe bezetting dan gaan checken in Brussel. Ondertussen is er in de set van deze avond opvallend veel ruimte voor werk van solo CD’s van de drie leadzangers Allman, Neville en Zito, die ieder net een nieuwe CD uit hebben. Toeval?
Eerder plaatste ik een kritische noot bij dit collectief, zie de recensie van de live CD/DVD Songs From The Road. Ik heb het tweede album nog niet in mijn bezit, het valt niet mee om alles te verzamelen immers, dus ben des te nieuwsgieriger wat deze avond gaat brengen. En ik moet zeggen: ik heb de band nog niet zo sterk gehoord en gezien als in de NSJC, het proces van veel toeren en het opnemen van een tweede studioalbum HeartSoulBlood heeft het collectief duidelijk hechter gemaakt.
Bassist Charlie Wooton blijft een bijzonder vaardige bassist, drummer Yonrico Scott is een beest, Cyril Neville is en blijft een New Orleans legende en in de set deze avond kreeg hij veel lead vocal nummers toebedeeld. De vorige keer, vorig jaar tijdens het Belgium Rhythm & Blues Festival, sleepte Devon Allman een enorme Marshall versterker op het podium, waarmee hij niet kon voorkomen dat zijn sologeluid – teveel laag en midden – af en toe verzoop in het geheel. Ditmaal had hij een kleinere set waarmee zijn geluid vooral in het begin veel beter tot zijn recht kwam. Toen de band, zo ongeveer vanaf “Sugar Sweet”, een tandje bij ging schakelen werd het weer lastiger hem te horen. Mike Zito, tot slot, is hierboven al aangehaald. Met zijn gitaargeluid is helemaal niets mis, een fijne muzikant en een aardige vogel bovendien!
De set begon met “Fired Up!”, gezongen door Neville met al direct een statement in de vorm van een drums+percussie break. Cyril vervolgde de set met “Moonlight Over The Mississippi” waarna het eerste nummer van de nieuwe plaat aan bod komt, “World Blues”, met Mike Zito op slide gitaar en gedeelde zang met respectievelijk Cyril Neville en Devon Allman. Uw verslaggever heeft de setlist van Charlie Wooton bemachtigd, ter ondersteuning van deze recensie, maar los van pijltjes en gekras op de lijst wordt nu al van de volgorde afgeweken en is het de beurt aan Zito voor “Hurts My Heart”. Dit is een van de meest catchy songs zoals bleek op de live CD, met natuurlijk de kenmerkende backing vocals van Allman & Neville. We vervolgen met “Groove On” van de nieuwe plaat, en band en publiek beginnen zo onderhand warm te draaien: de energie komt van het podium de zaal in gestroomd en het repetoire gaat erin als koek. Vervolgens staan een nummer op de setlist dat ik niet thuis kan brengen, “Running Water”, een funky nummer in de toonaard A met een solobrug in C, Cyril funkt er lustig op los zoals de Grammy Award Winner al zoveel jaren doet. Vervolgens mag ook Devon Allman een nummer doen van zijn laatste solo CD Ragged & Dirty, te weten “Back to you”, een lekkere mineur blues/balad in Gm.
Dan volgt een van de hoogtepunten van de avond. Het is mij helaas niet gelukt om namens Blues Magazine een fotograaf mee te nemen naar dit evenement, dus ik vond het weleens tijd worden een nummertje te filmen zodat de liefhebbers toch iets aan beeldmateriaal meekrijgen van deze avond. En laat nu net Mike Zito naar voren stappen voor een vertolking van Freddie Kings “Sugar Sweet”! Gedecideerd funky wordt hij door de band begeleid, Devon mag ook een solootje geven maar daarna neemt Mike alle tijd voor zijn moment. Wat een solo, wat een prachtig verhaal, en hij beheerst de kunst om zijn stortvloed aan noten te beperken tot het laatst zodat we geen Bonamassa-achtig déjà vu hoeven krijgen.
Aan het publiek is nu te horen dat deze band echt begonnen is aan het professioneel afbreken van de tent. We vervolgen met “Dangerous”, of althans, zo staat het nummer op de lijst. Een medium New Orleans stijl funk, met vocalen van Allman. De band houdt al even in voor een rustiger tussenstuk, en stapt zelfs letterlijk van het podium voor een lange bas en drumsolo
“Be my lady” komt van Cyrils soloplaat Soulo, of eigenlijk komt het uit het repertoire van de oprichters van de funk, The Meters. “Shoulda Known” komt van de laatste CD, en wordt uiterst smaakvol gezongen door Devon Allman. “Ritual” van Mike Zito is staccato funky, de druk wordt verder opgevoerd met pakkende zangkoortjes en weer een solo van Mike, met natuurlijk een rustpunt – de man weet immers hoe je solo’s opbouwt.
Tot slot wordt de zaal afgebroken met “Rock and Roll”, weliswaar geschreven door Neville, maar gezongen door Devon Allman met gierende slide van Zito. De band pompt nu zoveel energie de zaal in dat het vermoeden begint te rijzen dat dit het laatste nummer is, een blik op de klok leert ons dat het precies 22:30 is. Natuurlijk komt de band niet weg zonder toegift, en de dronken Scandinaviers die inmiddels de flessen wijn aan tafel geserveerd krijgen, krijgen hun zin: de eerste toegift is “One Way Out”, ongeveer in een arrangement van The Allman Brothers Band maar dan met een laid back country baspartij. Net als we overpeinzen dat Devon Greggory niet is, neemt Neville het 2e zangcouplet voor zijn rekening en zo wordt de kracht gebruikt van deze band. De band van goede individuen die altijd zal moeten blijven bewijzen dat de som der delen de moeite van voortbestaan waard blijft, vanavond zijn ze daar in elk geval in geslaagd, ik ben benieuwd wat de toekomst ze gaat brengen. Het laatste nummer is “Working Man”, dat ik natuurlijk ken van de Canadese oudgedienden band Rush, door Cyril Neville opgenomen op zijn laatste plaat Magic Honey. Het maakt een mooie muziekavond compleet, en de NSJC is erg gezellig en biedt de gelegenheid om nog rustig na te babbelen met artiesten en medeliefhebbers.
Prima verslag weer Mark . En.. het beeldmateriaal van je, die ‘bewegende” beelden complementeren dit sfeer verslag heel fraai